Erfgoed Leiden en omstreken

Info

Verhaal: Leidsche Stoom- Bierbrouwerij De Posthoorn

  • Leiden
  • Geschiedenis 1801-1900
  • Gebouwen

Gevelteken Oude Vest 171

........
GT_1010
Boven de korfboog van de poort naar de Duizenddraadsteeg is in het fries van de decoratie het volgende opschrift aangebracht:

hier was gevestigd
LEIDSCHE STOOM-BIERBROUWERIJ
De POSTHOORN
M.H. VAN WAVEREN

In de witgeschilderde houten bekroning boven het fries is een tonnetje te zien met daarop de afbeelding van een posthoorn.
Het achttiende eeuwse pand is een gemeentelijk monument.
Het pand is aan het eind van de negentiende eeuw geschikt gemaakt voor gebruik als poortgebouw van de Leidsche Stoom-Bierbrouwerij 'De Posthoorn'.
Het is in 1984/1985 gerestaureerd en gerenoveerd.

In de voorgevel aan de Oude Vest bevindt zich op de begane grond de doorgang naar de voormalige brouwerij, die vrijwel de gehele breedte van de gevel in beslag neemt. Op de hoeken van de doorgang is een hardstenen borstwering te zien die omloopt naar de binnenkant. In de bestrating voor de hoeken zijn twee bolle natuurstenen stukken die boven het straatoppervlak uitsteken en bedoeld waren als bescherming van de hoeken tegen het in- en uitrijdend verkeer.
De pilasters die de overspanning van de doorgang steunen zijn voorzien van houten betimmeringen die natuurstenen blokken in het metselwerk suggereren.
De korfboog die de doorgang overspant ontspringt aan houten geprofileerde imposten en heeft een decoratieve betimmering van imitatie-boogstenen.
In de zwikken is een betimmering aangebracht waarin een deel van een bierton is verwerkt.
Hierboven is een houten bord met een omlijsting steunend op drie gesneden houten consoles, met de tekst.
Aan weerszijden van het tekstbord zijn gesneden houten consoles die een afdeklijst dra­gen. In het midden van deze lijst is een gesneden houten decoratief stuk verwerkt, waarop wederom een deel van een bierton voorkomt.
De doorgang heeft een overspanning bestaande uit drie gedrukte houten kruisgewelven, ontspringend aan in het metselwerk verankerde houten imposten. De korfboog aan de achtergevel steunt op lisenen met houten imitaties van natuurstenen blokken en heeft net als aan de voorkant een houten betimmering die boogstenen imiteert. De ingang van het pand bevindt zich in de doorgang en loopt door het pand Hekkensteeg 1 en 3.

Op 6 mei 1656 werd het perceel verkocht aan Matheus Daniels Strichtenhuysen.
Het werd toen als volgt omschreven: ‘... een huys ende erve mitsgaders een poort ende gang daer besijden aen. Item een groot erff, huysingen, molenhuys, schuyr ende noch een cleyn huysken...’ Nog in hetzelfde jaar heeft Van Strichthuysen op deze plaats de bierbrouwerij ‘De Hoop’ opgericht. Dit blijkt uit het feit dat er sinds het boekjaar 1656/7 voor deze brouwerij gruit- en hopgeld verschuldigd was. Op 10 juni 1671 werd de brouwerij met het aangrenzende huis door de erfgenamen van Van Strichtenhuysen verkocht aan Hendrik Josaart.
Het complex werd gaandeweg groter. Op 9 juni 1695, toen het door Josaart werd belast, behoorden vijf huizen in de Duizendraadsteeg ertoe. Deze deden dienst als kelderruimte. Op 17 september 1706 werd de brouwerij door de executeur testementair van Hendrik Josaart verkocht aan Daniël en Lambert Calefies. Op 2 januari 1711 werd het object als volgt omschreven: “De brouwerije en huysinge daeren gelegen met vijff bierkelders daeraen behorende, mitsgaders een mouterije met huysinge daeraen behoorende ende nogh een huysie op de achtergraft in een poort...’.
In 1752 verkochten de executeurs van het testament van Daniel Calefies de brouwerij aan Paulus van Spijk. Brouwer en kunstverzamelaar Paulus van Spijk (1727- 1779) kocht de brouwerij blijkbaar op zeer jeugdige leeftijd. Hij huwde in 1768 met Anna Louise van der Meulen. Van Spijk was beschermer en vriend van de schilder Johannes Janson. In de Lakenhal wordt een portret bewaard van het echtpaar dat geschilderd is door Janson.
In Haarlem had Van Spijk een zeer belangrijk aandeel in de brouwerij Passer en Valk.

In het archief bevindt zich een rekest van deken en hoofdlieden van het brouwersgilde aan het Gerecht te Leiden om drie recognities, rustende op de brouwerij 'De Posthoorn' te royeren, daterend uit 1693. Aangenomen dat het om dezelfde brouwerij gaat, blijkt dat de naam Posthoorn hier al gebruikt wordt.

Op 7 november 1816 kocht Cornelis Leembrugge de brouwerij en het huis aan de Oude Vest nummer 175 van Adrianus Harteveld. Deze was in 1806 eigenaar geworden, hij kocht het van Abraham Jacques la Pierre, die het in 1788 waarschijnlijk uit de boedel van Van Spijk had verkregen.
Op 9 april 1817 werd door Leembrugge het tussenliggende huis (nr. 173) en op 2 september 1825 het aangrenzende pand (huidig nr. 171) aangekocht. Bovendien kocht hij, tussen 1816 en 1837, 25 huizen in de Duizendraaddsteeg en Marendorpsachtergracht, de huidige Van der Werfstraat.

Op 30 september 1851 werd de NV 'De Bierbrouwerij de Posthoorn en Azijnmakerij de Twee Sleutels' opgericht waarmee de echte bloeiperiode van de Posthoorn begon. Het bedrijf werd als eerste Nederlandse brouwerij omgezet in een naamloze vennootschap, hierdoor kreeg het een kapitaalinjectie van een aantal topindustriëlen, beleggers en aristocraten. Een andere slimme zet van de toenmalige eigenaar Montagne was dat hij de bedrijfspanden in bezit hield om deze vervolgens aan de kersverse NV te verhuren, terwijl hij zelf ook als directeur van de brouwerij aantrad.
Het bedrijf investeerde in een koelmachine en schakelde over op ondergistend Beiersch bier. In 1857 werd het geproduceerde bier in Amsterdam bekroond met een zilveren medaille voor kwaliteit omdat "de smaak van het bier niet beneden het echte Beiersche bier was".
In 1862 kwam de poort over de Duizendgraaddsteeg in het bezit van de brouwerij en werd deze afgesloten.
Daarna volgden een aantal roerige jaren waarin diverse bedrijfsonderdelen werden afgestoten; Mouterij de Arend en de laatste bierazijnbrouwerij in Leiden, De Twee Sleutels werden gesloten in 1872. In 1874 werd de NV opgeheven en kwam in handen van directeur Japikse. De brouwerij had toen een jaarproductie van 1366 hl en 13 man personeel. Japikse streefde naar vooruitgang en investeerde in 1879 in een stoommachine, de vernieuwde Posthoorn ging als Stoombierbrouwerij verder.

In 1889 nam de Hillegommer Marie Hendrik van Waveren de brouwerij over. In 1889 werd de poort heropend en omgedoopt tot Hekkensteeg. Op de foto achter de link ziet u de heer Van Waveren in de poort staan.
Uit deze tijd zal de decoratie boven de poort dateren.
Onder zijn regie werd de brouwerij verder gemoderniseerd; een klassiek Duits brouwhuis werd geïnstalleerd en hij nam ook een Duitse brouwmeester in dienst. De afzet en omzet gingen met sprongen omhoog. Binnen de kortste keren bereikte de door de Leidse binnenstad omsloten brouwerij zijn productiegrenzen. Door de bouw van een nieuwe mouterij even buiten de stad en de aanschaf van een ruimtebesparende koelmachine kwam er plek vrij op het brouwterrein waar men onder meer een laboratorium bouwde en volop moderne machinerieën plaatste. De productie werd hierdoor verdrievoudigd en daarbij kwam dat de kwaliteit van het bier vooruit ging. Van Waveren voegde in deze tijd tevens enkele horeca-aangelegenheden aan zijn Leidse drank- en eetimperium toe.
In 1918 moest 'De Posthoorn' de poorten sluiten.
Tot na 1923 was de personeelsingang van de bierbrouwerij op nr. 179, terwijl 171 dienst deed als kantoor. De tussenliggende panden waren bewoond.
De huizen aan de Oude Vest werden voor bewoning gebruikt maar ernstig vervallen. Aanvankelijk wilde de gemeente alles slopen en een parkeergarage bouwen op het vrijgekomen terrein. Uiteindelijk besloot men tot de bouw van nieuwe woningen. De poort over de Hekkensteeg werd gerestaureerd en is nu de enige overblijvende herinnering aan de brouwerij en het bier.


Bronnen:

Website Cambrinus.nl
www.maredorp.nl
A. Staring, 'Een Leidsch verzamelaar en zijn lijfschilder', Leids Jaarboekje 45 (1953), p. 114-119
E. Pelinck, 'Paulus van Spijk en zijn verzameling', Leids Jaarboekje 45 (1953), p. 120-123.


Opgesteld door de commissie Geveltekens van de Historische Vereniging Oud Leiden, zie verder ons colofon.
kaart