Erfgoed Leiden en omstreken

Info

Verhaal: De gaperlantaarn van drogisterij Christiaanse

  • Leiden
  • Geschiedenis 1901-1950
  • Geschiedenis 1951- heden
  • Gebouwen

Gevelteken Museum de Dorpsdokter, voorheen Hogewoerd 33.

...
GT_1506 Hogewoerd 3

Gaperlantaarn van drogisterij Christiaanse Hogewoerd 3 en later 33 aangebracht in 1909 en wellicht de eerste lichtreclame aan een Leidse gevel.

De drogisterij van Cornelis Christiaanse werd in 1909 gevestigd aan de Hogewoerd 3. Dit was voorheen het woonhuis van prof. Bierens de Haan.
De voorgevel en het interieur werden ontworpen door de architecten H.J. Jesse en W. Fontein.


Tekening NAI, Nederlands Architectuurinstituut

Aan de voorgevel van de winkel hing een bijzondere gaper. Nu eens niet een beeld van een exotisch ogende gapende man maar de architecten kozen ervoor de figuur van de gaper vorm te geven in de glazen panelen van een lantaarn.
De lantaarn had drie glazen panelen die gelukkig bewaard zijn gebleven. Deze panelen bevatten elk de afbeelding van een gaper, uitgevoerd in glas-in-lood.
De drie ramen van de lichtbak waren 85 cm hoog en 60 cm breed. De zijde
van de bak die naar de gevel was gekeerd bestond uit een metalen plaat. Er bovenop was een soort schoorsteen gemonteerd; men had met elektrische verlichting nog heel weinig ervaring en verwachtte blijkbaar een flinke warmteontwikkeling.
Waarschijnlijk is het ontwerp voor de glaspanelen ook door H.J. .Jesse is gemaakt, hoewel daarvoor geen concrete aanwijzingen bestaan. In het Leids Jaarboekje 1996 beschrijft de heer Vedder Christiaanse dat hij in het archief van Jesse, in het Architectuur Instituut in Amsterdam, ontwerpen aantrof voor andere glas-in-loodramen in in vergelijkbare stijl.

..
GT_1506


Foto's A.A. Jesse
De panelen rechtsboven en linksonder zijn gerestaureerd. Dit is te zien aan het bij de restauratie gebruikte glas dat ook wordt gebruikt voor Tiffany glas. Het heeft geen gladde textuur en is ook niet egaal van kleur.

Het is jammer genoeg niet te bepalen wanneer deze bak aan de gevel werd aangebracht. De administratie van vóór 1923 is verloren gegaan. Toch kan wel bij benadering het tijdstip worden vastgesteld, aan de hand van bewaard gebleven foto’s die op verschillende momenten van de voorgevel van Hogewoerd 3 zijn genomen. Er bestaat een foto van mei 1909 - toen de zaak dus werd geopend -waarop de lichtbak nog ontbreekt. Op alle andere foto’s die van de gevel bestaan, is hij echter aanwezig. Een van de gebroeders is op 30 juli 1913 getrouwd en werd op 7 augustus van datzelfde jaar ingeschreven op Hogewoerd 3. Hij ging toen dus boven de winkel wonen. Nu zijn er foto’s van de voorgevel waarop achter de ramen op de eerste verdieping vitrages zichtbaar zijn. Er is echter ook een foto waarop alleen een paar reclameplaten achter de ramen te zien zijn en de eerste verdieping dus nog onbewoond was. Op deze foto is de gaper aanwezig. Uit één en ander kan worden afgeleid dat de gaper bij de opening van de zaak er weliswaar nog niet was, maar dat hij met zekerheid vóór 7 augustus 1913 is aangebracht.

Vanwege de aanleg van de elektrische tram in 1911 en de doorbraak voor de aanleg van de Koorevaarstraat werd de gehele hoek van de Hogewoerd afgebroken. De apotheek, met interieur en lantaarn, verhuisde naar Hogewoerd 33. De lantaarn heeft tot 1961 aan de gevel gehangen.



In 1911 nam de heer Christiaanse de drogisterij van E.H. Gerritsen - de Gedé - aan de Haarlemmerstraat 6 over. Het werd een filiaal van de Hogewoerd. Aan deze gevel heeft ook een gaper gehangen zoals blijkt uit het Leids Jaarboekje van 1957. Hierin wordt beschreven dat de gaper van de gevel werd gehaald en door de familie bewaard werd. De beschrijving is als volgt; "de kop van een moor met rode tong en lange zwarte haren en een gouden helm op het hoofd waaraan aan weerszijden een gouden kwastje".
In de Lakenhal bevindt zich een gaper die vrijwel geheel beantwoordt aan deze beschrijving!

De drogisterij was in de periode 1923-1961 één van de grootste en best voorziene in de stad. De onderneming groeide doordat Christiaanse zelf eindproducten fabriceerde en hiervoor een grote voorraad grondstoffen had. Zijn huismerken varieerden van Noorse levertraan, anijssuiker en eau de cologne tot chemicaliën voor fotografie. De drogisterij verkocht ook grondstoffen voor de verfproductie.
Omdat er geen opvolger was, werd de zaak in 1961 opgeheven.
De lantaarnbakwerd toen geschonken aan de Algemene Nederlandse Drogisten Bond in Amsterdam. Daar heeft de bak een aantal jaren in een kist in de kelder gestaan, totdat in 1968 de Stichting Vakonderwijs voor Drogisten de Sarphatistraat verliet om in Bilthoven een eigen behuizing te betrekken. Het bestuur van de Bond schonk bij die gelegenheid de gaper aan de Stichting. Bij het uitpakken van de kist -waarbij volgens het verhaal de muizen uit de houtwol sprongen -bleek echter dat de bak ernstig beschadigd was en eigenlijk nog slechts een van de drie glas-in-loodramen zich in
goede toestand bevond. Dit raam is toen aangebracht in de hal van het
nieuwe gebouw.

Na het overlijden van Christiaanse stond de drogisterij ruim twintig jaar leeg. Het interieur en de voorraad bleven intact en zijn uiteindelijk verhuisd naar het Openluchtmuseum in Arnhem.
De Jugendstil-winkelpui van roze graniet en teakhout werd verplaatst naar Noordeinde 37, waar hij enkele jaren geleden bij een restauratie van het pand geruisloos is verwijderd.

TROUW 08-05-2010: Drogist Cornelis Christiaanse schonk, na de beëindiging van zijn bedrijf in 1961, zijn gapertrio aan de Algemene Nederlandse Drogisten Bond.
Een van de gapers gaf de bond cadeau aan de stichting vakonderwijs voor drogisten. De andere twee belandden op de zolder van het drogisterijmuseum.

Eind vorige eeuw werd een daarvan opgeknapt en als blikvanger boven de ingang van het museum gehangen. De andere gaper, die in slechte staat verkeerde, werd dit voorjaar door de Maarssense glazenier Marga van der Burgt gerestaureerd. De stichting vakonderwijs stond de derde gaper onlangs in bruikleen af aan het museum.

De drie gapers, die nu na bijna een halve eeuw weer bij elkaar zijn, zijn ongeveer honderd jaar oud. Of ze ooit weer aaneen worden gesmeed tot lantaarn, valt volgens het drogisterijmuseum nog niet te zeggen. Maar ook living apart together zijn ze volgens vrijwilliger Ria Poot van het museum, die het onderzoek deed naar de herkomst van de gaperlantaarn, beslist de moeite waard.

Uit de Weerkrant "Vechtstroom" van 18 mei 2010:
Beheerder Koos Koster en vrijwilligster Ria Poot lopen nog wel even met hun hoofd in de wolken. In het Nederlands Drogisterij Museum naast Goudestein zijn sinds kort hele bijzondere gapers te zien. Het betreft drie glas-in-loodpanelen met op elk paneel een gaper in art nouveau-stijl afkomstig uit de drogisterij Christiaanse te Leiden omstreeks 1910. die tussen 1909 en 1961 als gaperlantaarn aan de gevel hing. Het betreft drie glas-in-loodpanelen met op elk paneel een gaper in art nouveau-stijl.
Drie glas-in-loodpanelen die samen een lantaarn vormden zijn gerestaureerd en te bewonderen in het Drogisterijmuseum.

Ooit vormden die panelen een lantaarn, bevestigd aan de gevel van een drogisterij in Leiden. Na wat omzwervingen is het drietal voor het eerst in 41 jaar weer herenigd en vormen voor bezoekers aan het Drogisterij Museum een ware blikvanger.
Via Koos Koster lagen twee panelen al geruime tijd op de zolder van het Drogisterij Museum. Zij waren in erbarmelijke staat en eigenlijk was het onbekend hoe oud het was, wat de oorsprong was en zelfs dat er nog een derde exemplaar moest zijn. Het is aan de doortastendheid en vasthoudendheid van vrijwilligster Ria Poot, zelf oud-drogist, te danken dat deze drieling zo gelukkig is samengebracht in Maarssen. ‘’Met dank aan Google en diverse stadsarchieven!’’, vertelt zij.
Zij heeft zich vastgebeten in de historie van deze gapers, met een verrassend resultaat. ‘’Ik kwam foto’s tegen waarop duidelijk te zien is dat de lantaarn aan de gevel bij drogist Christiaanse in Leiden zat. Het was begin 1900 en elektrisch licht was nog een nieuwigheid. Zo nieuw dat men er bij het ontwerp van de lantaarn, misschien wel de eerste lichtreclame, geen rekening mee had gehouden dat de warmte ergens weg moest. Daarvoor is bovenop de lantaarn later een soort schoorsteentje gebouwd. Nadat deze drogist in 1961 zijn bedrijf beëindigde, ging het interieur uiteindelijk naar het Open Lucht Museum en het gapertrio naar de Algemene Nederlandse Drogisten Bond. Deze schonk één paneel in 1969 aan de Stichting Vakonderwijs Drogisten. Wij zijn blij, en heel erg trots dat we dit derde paneel nu in bruikleen hebben gekregen! Of ze ooit weer tot een lantaarn worden samengesmeed valt nu nog niet te zeggen, maar ook ‘living apart together’ zijn ze zeer de moeite waard.’’


Het drogisterijmuseum ging failliet in 2013 en de boedel werd geveild bij


In 2013 werd een klein deel van het Nederlands Drogisterijmuseum geveild (ca. 10%) bij Veilinghuis 'De Eland'. Het overige deel is geplaatst in museum De Dorpsdokter te Hilvarenbeek.

In februari 2015 verscheen het volgende persbericht;

Leidse gaperdrieling na 54 jaar weer samen

In augustus 2013 nam het museum de collectie van het Nederlands Drogisterijmuseum uit Maarssen over. Dit museum moest haar deuren sluiten als gevolg van financiële problemen.
Deze collectie is uniek, aangezien de drogist in Nederland als enige ter wereld, naast de apotheker, ook medicijnen mag verkopen.
Het topstuk uit deze collectie vormden drie glas in loodpanelen uit 1909 met de afbeelding van een gaper.

De gaper, meestal een houten borstbeeld van een Moor, hing aan de gevel van de drogist. De Leidse drogisterij Christiaanse had een heel bijzondere gaper; een gaperlantaarn. Vermoedelijk was het een ontwerp van de Leidse architect Jesse, die ook het pand van drogisterij Christiaanse ontwierp. De vierkante gaperlantaarn had aan 3 zijden een glas in loodgaper. De lantaarn was elektrisch verlicht en het was een van de eerste buitenlichtreclames in Leiden. De lantaarn had een schoorsteentje om de hitte van de ouderwetse gloeilamp af te voeren.
In 1961 sloot de inmiddels 77-jarige drogist Christiaanse zijn zaak. De glas in loodramen raakten verspreid. Totdat ze in 2002 als paneel weer samen kwamen in het Drogisterijmuseum in Maarssen. Twee panelen bevonden zich in de collectie van het museum, een paneel ging naar de veiling. Christa van Lienden, Vriend van museum de Dorpsdokter en oud-medewerkster van het museum in Maarssen, wist het derde paneel te bemachtigen en schonk het in langdurige bruikleen aan het Beekse museum. Dank zij deze reddingsactie kon de lantaarn weer, na 54 jaar, in oude luister hersteld worden.

Glaskunstenares Anja van Aalen uit Diessen restaureerde de panelen, Kees van Gool maakte het frame van de lamp, Nol Vromans schilderde de lantaarn en Wil Game, Wil van Loon en Frans Vos zorgden voor de plaatsing ervan in het museum.
Tijdens het museumweekend van 18 en 19 april is ook een speciale tentoonstelling te zien getiteld ‘Passie in glas’. Leerlingen van Anja van Aalen, docent glaskunst van de Werckwinkel, tonen hun werkstukken op het gebied van glas in lood en fusing.


Bronnen:

Leids Jaarboekje 1957 pagina 160.
Leids Jaarboekje 1996, C.H. Vedder Christiaanse; Een bijzondere gaper, pagina 167.
Informatie van H. Schoenmaker directeur/conservator van Museum De Dorpsdokter.

Met hartelijke dank aan mevrouw A.A. Jesse, kleindochter van architect H.J. Jesse, voor haar medewerking aan dit verhaal en het beschikbaar stellen van de fotografische bronnen.

Opgesteld door de commissie Geveltekens van de Historische Vereniging Oud Leiden.
Eventuele aanvullingen voor deze tekst kunt u zenden naar geveltekens@oudleiden.nl
kaart