Erfgoed Leiden en omstreken

Info

Verhaal: Van school af voor een rijksdaalder per week

  • Leiden
  • Geschiedenis 1901-1950
  • Geschiedenis 1951- heden

Interview met de heer Pieter Langeveld, 15 februari 2019

De heer Pieter (Piet) Langeveld werd op 29 juli 1923 geboren in de Bilitonstraat in Leiden.

Vader was meubelmaker. Hij fietste dagelijks vanuit De Kooi naar zijn werk bij Padox in Warmond. Dat was een luxe vergeleken met opa, die vanuit hetzelfde huis heen en weer naar zijn werk bij de Sterrewacht liep; voor een fiets had hij geen geld. Wel had hij radiodistributie, en de familie mocht op zondag naar de programma’s komen luisteren.

Het huis in de Bilitonstraat werd intensief bewoond: beneden door opa en oma, boven door een tante met haar gezin, en op zolder woonde Piet met zijn ouders. Er was een piepklein keukenblokje, zodat ze voor zichzelf konden zorgen. De kleine zitkamer werd verwarmd met cokes die door de kolenboer in opa’s schuurtje werd afgeleverd. Piets slaapkamertje niet. Als het vroor kon hij de ijspegels boven zijn bed aan het dak zien hangen.

Voor de grote wasbeurt ging hij in de teil. Daar konden dan ook nog de kleren in gewassen worden voordat het water ten slotte gebruikt werd om het toilet door te spoelen; een plank met een gat erin, maar wel aangesloten op de riolering.

De bakker en de melkboer kwamen aan de deur. Voor wekelijkse boodschappen was er de kruidenier aan het eind van de straat. Je kon er tussendoor ook wel eens iets halen. De betaling kwam wel weer als het loon ontvangen was.

Saamhorigheid


Buitenspelen deed Piet met de vele vriendjes in de straat. Er was armoede in de buurt, behalve bij een vriendje met een vader die wat meer te besteden had. De jongen bezat een step en een ‘vliegende hollander’, waar de kinderen om beurten op mochten. Heel bijzonder was dat. Er was saamhorigheid in De Kooi; de mensen hielpen elkaar als dat nodig was.

Terwijl Piet nog op de lagere school aan de Herensingel zat, verhuisde het gezin naar de Haarlemmerweg. Daar werd, 13 jaar na hem, nog een broertje geboren.

Piet ging naar de mulo, maar al na een paar jaar moest hij de school verlaten omdat zijn vader overleed en hij voor inkomsten moest zorgen.

Voor een rijksdaalder per week ging hij aan het werk bij het Rijksmuseum van Oudheden, waar hij hielp bij restauratie van aardewerk.

In de avonduren ging hij naar school en haalde er zijn diploma elektrotechnisch tekenaar. Vervolgens vond hij een baan bij een elektrotechnisch bureau in Oegstgeest. Dat was niet voor lang, want toen Piet 17 jaar was, brak de oorlog uit. In 1943 werd hij naar Duitsland gestuurd. Bij de Messerschmitt-fabriek in Frankfurt werd hij in zijn eigen vak tewerkgesteld. Hij had het geluk ook vriendelijke Duitsers te treffen, eveneens in Oostenrijk, waar hij na verloop van tijd aan de slag moest.

Kruisers en jagers

Terug in Nederland leerde de heer Langeveld zijn vrouw Maria kennen op de bevrijdingskermis in 1945. Ze was secretaresse op een accountantskantoor en bij een ministerie. Geld om uit te gaan was er nauwelijks, maar ze hielden van dansen en haalden hun gouden dansdiploma.

Toen ze trouwden werd Maria ontslagen, wat betekende dat ze ook geen pensioen zou krijgen.

Ondanks de heersende woningnood konden ze een appartement huren aan de Kanaalweg door bemiddeling van de werkgever van de heer Langeveld, het Marine Elektronisch Bedrijf (later Marine Elektronisch Optisch Bedrijf) aan de Haarlemmerweg in Oegstgeest.

De heer Langeveld tekende er de indeling van elektronische apparatuur als radar en sonar in onderzeeboten, kruisers en jagers. Hij werd er chef tekenkamer.

Aan de Kanaalweg werden twee dochters geboren. Via woningruil konden ze verhuizen naar een eengezinswoning in Oegstgeest. De woonomgeving was er aanzienlijk prettiger en de kinderen genoten van de tuin.

Vakanties bracht het gezin door in vakantiehuisjes in Nederland. Later, zonder kinderen, maakten ze graag bergwandelingen in Oostenrijk.

Op zijn 62ste ging de heer Langeveld met vervroegd pensioen, en nadat zijn vrouw overleden was, kwam hij weer in Leiden wonen. Of hij zich een echte Leidenaar voelt? Leids praten kan hij wel, ja, maar het ‘Leidse gevoel’ is er niet.

De geluidsopname van het interview is hier te beluisteren.

Een volledige transcriptie van het interview is hier te vinden.

Interview door de werkgroep De Stem van Leiden, die onderdeel is van de Historische Vereniging Oud Leiden en samenwerkt met Erfgoed Leiden en Omstreken en de Opleiding Geschiedenis van de Universiteit Leiden.

Reacties op dit verhaal kunt u sturen naar destemvanleiden@oudleiden.nl

Meer verhalen van De Stem Van Leiden vindt u in de INDEX.
kaart