Erfgoed Leiden en omstreken

Info

Verhaal: In alle vroegte bomen omzagen in Cronestein

  • Leiden
  • Geschiedenis 1901-1950
  • Geschiedenis 1951- heden

Interview met de heer J. Wagemans, 29-10-2019

Zijn hele leven woont Jack Wagemans al in de Tuinstadwijk, tussen de Koninginnelaan, Herenstraat, Lammenschansweg en de spoorlijn naar Utrecht. Hij woont nu nog steeds in het huis waar hij in 1938 als driejarige naar toe verhuisde met zijn ouders en zijn zes jaar oudere zus.

Slimme brugwachter
Vijf jaar was hij toen de oorlog uitbrak. De heer Wagemans herinnert zich de gaarkeuken in de Herenstraat, bij de kleuterschool: “Daar moesten we bonnetjes inleveren. Een buurman van een paar huizen verderop was het hoofd van de gaarkeuken. Hij nam af en toe wat extra’s voor ons mee.” Wat ook hielp, was dat vader een groentetuin had aan de andere kant van het spoor: “Waar ze nou die huizen hebben gebouwd.” Hij kan zich niet herinneren dat er werd gestolen uit die tuintjes. Melk haalde hij bij een boer in Zoeterwoude. Als ruilmiddel nam hij schillen mee die als voer dienden voor de varkens en de koeien.
Om de haard in de woonkamer te laten branden werd op gezette tijden een boom omgezaagd in Cronestein. Jack ging dan in alle vroegte mee met zijn vader en een buurman die een handkar had. Ze zaagden een boom om en in drie stukken vervoerden ze die naar de werkplaats van de woningbouwvereniging Tuinstadwijk om er hanteerbare stukken haardhout van te maken.
Ook de herinnering aan de “slimme brugwachter” is nog levendig: “Ze wilden de spoorbrug bij de Nieuwe Vaart bombarderen. Maar de brugwachter had de brug omhoog gezet, zodat er geen bommen op konden vallen.” De heer Wagemans weet niet hoe het kwam dat de brugwachter zo goed geïnformeerd was.

Eigen geneesmiddelen
Jack ging naar de kleuterschool in de Leliestraat. De lagere school stond in de Drie Octoberstraat, maar – zoals hij het zelf formuleert – hij kon niet zo goed meekomen. Daarom ging hij naar de bovenschool. De ingang daarvan was om de hoek in de Duivenbodestraat. Op de eerste etage van het gebouw kregen de jongens en meisjes les die niet zo goed konden leren. Op de kleuterschool had hij het meer naar zijn zin: “Als ik uit de bovenschool kwam, ging ik vaak nog eventjes langs bij de juffrouw van de kleuterschool.”
Vader Wagemans werkte bij Eilers in Oegstgeest, een fabriek van geneesmiddelen. Toen de directeur, H.J. Eilers, in 1939 overleed, werd vader Wagemans gevolmachtigde. Het zelf fabriceren van medicijnen had zo zijn voordelen: “Als we verkouden waren, nam vader wel eens middeltjes voor ons mee naar huis, die hij zelf vervaardigd had.”
Na de oorlog ging Jack af en toe met zijn vader mee naar het werk aan de Terweeweg, waar die zowel op kantoor als in de fabriek werkzaam was.

Echte meubels
De droom van Jack was om meubelmaker te worden. Hij begon zijn loopbaan bij J. Kleer, meubelmaker in de Hoefstraat. Het was zijn taak om hout af te leveren bij de zagerij van Van Dalen aan de Langestraat. Zijn volgende werkgever was Boesveld en Klaassen in Voorschoten, een meubelfabriek waar machinaal tafeltjes en stoelen voor kleuterscholen werden gefabriceerd. Daar hield hij het vijf jaar vol. Hij ging op zoek naar iets anders, vooral omdat hij de sfeer er niet zo prettig vond.
Uiteindelijk vond hij zijn draai bij Jaket, de Haagse Clubfauteuilfabriek aan de Veurseweg in Voorschoten.


Personeelsadvertentie in Leids Dagblad in 1961

Hij was 27 toen hij daar in dienst trad en hij is er 35 jaar gebleven, totdat hij met pensioen ging. Het is duidelijk dat hij plezier in zijn werk had en dat hij – nog steeds – trots is op het resultaat: “Ik zorgde ervoor dat al het voorwerk was gedaan als de meubels naar de jongens van de stoffeerderij gingen. We hadden het er heel gezellig met elkaar. De stoelen waar we nu op zitten en de bank, die komen daar allemaal vandaan. Dit zijn échte meubels.” Dat is nog eens een mooie manier van op je lauweren rusten: zitten op een stoel die je zelf hebt gemaakt!

De geluidsopname van het interview is hier te beluisteren.

Een volledige transcriptie van het interview is hier te vinden.

Interview door de commissie De Stem van Leiden, die onderdeel is van de Historische Vereniging Oud Leiden en samenwerkt met Erfgoed Leiden en Omstreken en de Opleiding Geschiedenis van de Universiteit Leiden.

Reacties op dit verhaal kunt u sturen naar destemvanleiden@oudleiden.nl

Meer verhalen van De Stem Van Leiden vindt u in de INDEX.
kaart