Erfgoed Leiden en omstreken

Info

VR Geboortehuis Rembrandt #2 bouwen in 17e eeuw

De tweede toelichting op de virtuele reconstructie van het geboortehuis van Rembrandt gaat over het bouwen in de tijd van Rembrandt. In deze toelichting leest u hoe het huis er uit kan hebben gezien op basis van bouwhistorisch- en archiefonderzoek. Hisorische bronnen plus onderzoek in het Leiden van nu zijn gebruikt om het huis zo getrouw mogelijk te reconstrueren. 

Leestijd 4 min

Het huis, waar Rembrandt in 1606 werd geboren, stond in de Weddesteeg. Het is niet de eerste keer dat een poging wordt ondernomen tot een reconstructie (afb.1). In 1963 is in de Weddesteeg zelfs een replica van een zeventiende-eeuws huisje gebouwd, dat er tot in de jaren tachtig heeft gestaan. Volgens een bericht in de Nieuwe Leidsche Courant van 8 mei 1963 was de herbouw van dit huis, op de plaats waar Rembrandt geleefd en gewerkt heeft, het initiatief van de directie van de Nederlandse Rotogravure Maatschappij. De krant schrijft dat er onenigheid is over de exacte plaats van Rembrandts geboortehuis. Aflevering 4 van deze reeks zal gaan over de locatie van het huis.

Het ontwerp voor de reconstructie van het huis in 1963 is gemaakt door de Leidse architect M.P.Schutte. Maar omdat, volgens de krant, niemand kon vertellen hoe het huis van Rembrandts ouders er precies heeft uitgezien, was men genoodzaakt een willekeurig huis na te bouwen, waarbij het voornamelijk ging om een juiste benadering van de sfeer.

Afbeelding 1 Reconstructie Rembrandthuis in de Weddesteeg, Nico van der Horst, 1963. ELO, PV 31661.1a

Onderzoek naar bouwen in Leiden
Het maken van een reconstructie van het geboortehuis is, zoals uit het hierboven aangehaalde krantenbericht, niet eenvoudig. Historische bebouwing ter plaatse aan de Weddesteeg is niet meer aanwezig, dus daar kunnen geen aanwijzingen aan worden ontleend. Inspiratie kan worden gevonden in andere gebouwen in Leiden uit de tijd van Rembrandt. Wat was rond 1600 de algemene bouwtraditie in Leiden? Uit die periode zijn echter geen, of nauwelijks, bouw- of ontwerptekeningen bewaard. Enkele historische afbeeldingen geven wel inzicht in wat voor huizen er toen in Leiden stonden, maar hoe exact en betrouwbaar deze weergaves zijn is altijd de vraag. De historische bouwtraditie is het onderwerp van bouwhistorisch onderzoek, dat met name de bestaande historische bebouwing als onderzoeksbron benadert.

Er is veel bouwhistorisch onderzoek verricht in de Leidse binnenstad door de bouwhistorici van Erfgoed Leiden en Omstreken, waardoor veel kennis is opgebouwd over de bouwpraktijk door de eeuwen heen. Met de bouwhistorische kennis, aangevuld met andere bronnen, kan een algemeen, helder beeld geschetst worden hoe een huis er uit gezien heeft uit de tijd van Rembrandts geboortehuis. Deze gegevens worden vervolgens samengebracht en verwerkt in de digitale reconstructie.

Afb.2 – Detail vogelvluchtkaart van Leiden door Hans Liefrinck, 1574 (kopie door J. van Werven, 1744). ELO, PV321A

Bouwen in de (Wedde)steeg
De vormgeving van een huis is voor een deel afhankelijk van de vorm van het huis en hoe het aan de straat staat. Historische vogelvluchtkaarten geven daarvan een goed beeld in de late 16de en de 17de eeuw. Deze kaarten tonen allemaal een stedelijk beeld met geordende bouwblokken met redelijk aaneengesloten gevelwanden met panden in de rooilijn. De opeenvolging van de kaarten laat zien dat de stad steeds dichter wordt bebouwd en dat de stad groeit met verschillende stadsvergrotingen. De weergave van de huizen maakt duidelijk dat deze haaks of parallel aan de straat zijn gepositioneerd. De haaks geplaatste huizen, zogenaamde diephuizen of diep geplaatste huizen, zijn herkenbaar aan de noklijn van het dak die haaks staat op de straat. De parallel geplaatste huizen, zogenaamde dwarshuizen, hebben de nok evenwijdig aan de straat. Op de laat 16de-eeuwse kaart van Liefrinck (1574) (afb.2) en de vroeg 17de-eeuwse kaarten van Bast (1600) (afb.3) en Blaeu (1633) (afb.4) zijn over het algemeen diepgeplaatste huizen te zien aan de hoofdstraten, terwijl dwarse huizen vooral aan de stegen worden weergegeven.

Afb.3 – Detail vogelvluchtkaart van Leiden door Pieter Bast, 1600. ELO PV329.1a.

 Afb.4 – Detail vogelvluchtkaart van Leiden door Johannes Blaeu, 1633. ELO PV342.

Als we inzoomen op de Weddesteeg is op de kaart van Bast van 1600, kort voordat Rembrandt geboren wordt, daar een rijtje dwarsgeplaatste huizen te zien, wat dus past in het algemene beeld (afb.5). Uit archiefonderzoek, maar ook uit bouwhistorisch onderzoek, is bekend dat in die tijd de bebouwing in Leiden voornamelijk een begane grond en zolder heeft en dat panden met een verdieping de uitzondering vormen, zeker aan de stegen. Dit is ook te zien op de vogelvluchtkaarten. Daarop is ook waarneembaar dat in de 17de eeuw de lege plekken in de stad zijn volgebouwd en dat vele huizen met een verdieping zijn verhoogd. Daarbij zijn ook heel veel dwarse huizen gewijzigd in diepe huizen. Ook aan de Weddesteeg heeft dit in Rembrandts Leidse tijd plaatsgevonden (vergelijk afb.3-4). Met deze verdichting van de stedelijke bebouwing en vergroting van het woonoppervlak probeerde men tegemoet te komen aan de woningnood die was ontstaan door toestroom vanaf het eind van de 16de eeuw van vluchtelingen uit de zuidelijke Nederlanden. De Leidse bevolking vervijfvoudigde in omvang van circa 10.000 inwoners na het Leids ontzet van 1574 tot circa 55.000 rond 1675.

Afb.5 – Detail Bast, 1600. Bebouwing aan de Weddesteeg met dwars geplaatste gebouwen. ELO PV329.1a.

Gevels in Leiden
De hoofdmassa van de bebouwing aan de Weddesteeg ten tijde van de geboorte van Rembrandt, is op basis van historische afbeeldingen en bouwhistorische inzichten dus te karakteriseren als aan de straat gepositioneerde, dwars geplaatste huizen met een begane grond en zolder. Maar wat was in het algemeen de vormgeving van huizen in die periode? Het gebruikelijke bouwmateriaal is dan baksteen. Houten of vakwerkgebouwen worden dan al lang niet meer gebouwd en natuursteen, wat moest worden geïmporteerd, werd alleen toegepast voor de rijk gedecoreerde gebouwen zoals het stadhuis. De bakstenen werden langs de oevers van de Rijn gebakken en al heel lang het algemene bouwmateriaal voor muren en gevels.

Afb.6 – Gevelbeeld in de Breestraat met onder andere trap, tuit en lijstgevels. ELO PV1081.2.

Afb.7 – Klokgevel. Bouwtekening Jan van Warendorp, 18de eeuw. ELO PV28275.

De gewone woonhuizen werden gebouwd met trap- of tuitgevels, maar ook klokgevels kwamen al voor (afb.6-7). Van dit soort gevels zijn er nog vele te vinden in de Leidse binnenstad of op historische afbeeldingen. Ook Schutte heeft zich hierdoor laten inspireren voor de reconstructie uit 1963. Een dergelijke topgevel aan de straat past echter niet bij een dwarshuis, zoals het geval in de Weddesteeg, maar bij diepgeplaatste huizen. Dwarshuizen hebben over het algemeen aan de straat een lijstgevel. De gevels haaks op de straat, waar het dak op aansluit, hebben vaak wel de vorm van een trap, tuit of klokgevel. Een voorbeeld hiervan is te zien aan de 5de Binnenvestgracht 7 (afb.8). Dit dwarsgeplaatste huis, wat door bouwhistorisch onderzoek kon worden gedateerd in 1588, heeft een begane grond en een zadeldak tussen topgevels. Iets eenvoudiger is een afbeelding van een molenaarshuis in het grachtenboek van Van Dulmanhorst uit 1585 (afb.9). Op de vogelvluchtkaarten zijn nog veel meer overeenkomstige gebouwen te zien. Een iets rijker gedecoreerd voorbeeld is het voormalig commissarishuis, uit 1638, aan de Vlietweg buiten de stad (afb.10). Een lijstgevel aan de straat moet aan de bovenzijde een goot hebben om het regenwater wat van het voorste dak komt op te vangen. Dit kan een eenvoudige houten bakgoot zijn, maar ook meer uitgewerkt in bijvoorbeeld een kroonlijst.

Afb.8 – Het dwarshuis 5de Binnenvestgracht 7 uit 1588. Foto ELO, E. Orsel.

Afb.9 – Molenaarshuis in 1586 bij de stadsvest in Maredorp (locatie tegenwoordig omstreeks Caeciliastraat-Turfmarkt).  Tekening in het grachtenboek van  Salomon van Dulmanhorst. ELO NL-LdnRAL_AR_501A_5113_0084.

Afb.10 – Commissarishuis aan de Vlietweg uit 1638. Reconstructie P. Nagtegaal.

Geveldelen
De gevelopeningen in de straatgevel zijn rond de tijd van Rembrandts geboorte meestal voorzien van houten kruisvensters, een pui of een deurkozijn. Ook bij woonhuizen is hout gebruikelijk als bouwmateriaal. De toepassing van natuursteen voor kruisvensters is in Leiden, net als voor de gevels, zeldzaam en voorbehouden aan de rijkere gebouwen. Houten kruisvensters zijn in de binnenstad op verschillende plaatsen nog te vinden en ook bij bouwhistorisch onderzoek gedocumenteerd.  Kruisvensters zijn bijvoorbeeld nog te zien in de zijgevel van de stadstimmerwerf aan de Smidsteeg (afb.11). De onderste vensteropeningen zijn voorzien van houten draailuiken, de bovenste van glas in  lood. De vensteropeningen zijn dan vaak afgedekt met een gemetselde ontlastingsboog, om de druk van het bovenliggende metselwerk op te vangen. Een voorbeeld van een houten pui met daarin ook een deur bevindt zich in de midden 17de-eeuwse kerkhuizen rond de Hooglandsekerk (afb.12). De voorbeelden dienen voor een reconstructie van een kruisvenster voor het geboortehuis van Rembrandt (afb.13).

Afb.11 – Zijgevel stadstimmerwerf uit 1611 met houten kruisvensters. Foto ELO, E. Orsel.

Afb.12 – Voorgevel van een kerkhuisje bij de Hooglandskerk met pui met vensters en deur. Foto ELO, P.J. De Vos.

Afb.13 – Reconstructie van een houten kruisvenster. Afbeelding M. de Rijk.

Dakbedekking
De daken van de gewone Leidse huizen worden rond 1600 belegd met zogenaamde oud-Hollandse pannen. Deze zijn vanaf het midden van de 16de eeuw in gebruik en heel snel heel populair (afb.14). Ze vervangen het oudere riet of daktegels. Leien daken waren voornamelijk in gebruik op de grotere, rijkere gebouwen zoals kerken en stadhuis, omdat dit materiaal net als natuursteen moest worden geïmporteerd. Hierdoor was het dus duurder dan de lokaal vervaardigde dakpannen.

Afb.14 – Een Leids dak met oud-Hollandse pannen. Foto ELO, P.J. De Vos.

Zo kan algemene bouwhistorische kennis over het bouwen in Leiden, gecombineerd met historische afbeeldingen inspiratie bieden voor een zo accuraat mogelijke reconstructie van de hoofdvorm, materialisering en vormgeving van het geboortehuis van Rembrandt.

Edwin Orsel

ps Meer over de Weddesteeg staat in deel 1 - VR Geboortehuis van Rembrandt #1 

 

 

kaart