Erfgoed Leiden en omstreken

Info

#VVDW: de historische kleur van de Leidse poppenleuning

Erfgoed Leiden en Omstreken deed onderzoek naar de kleurgeschiedenis van de zogenaamde poppenleuningen. Dat is een speciaal type ijzeren brugleuning, die we sinds de 17de eeuw terug vinden op de oudste bruggen in de binnenstad. Het kleuronderzoek leverde een bijzondere ontdekking op: de leuningen waren oorspronkelijk zwart. Pas begin 20ste eeuw kregen ze de huidige witte kleur. De Gemeente Leiden wil in het stadsbeeld zoveel mogelijk historische kleuren terug brengen. Daarom wordt gestart met het kleurherstel van de poppenleuningen in 'historisch zwart'.

Poppenleuningen zijn een herkenbaar onderdeel van het Leidse stadsbeeld. Niet alleen op stenen boogbruggen, maar ook op veel eenvoudige platte ijzeren bruggetjes en als losse ‘schrikhekjes’ langs kaden waar een zijstraat op uit komt. De leuningen lijken met hun bolletjes (= hoofd), blokjes (= bovenlijf) en vaasjes (= rok) wel wat op houten poppen. Poppenleuningen kunnen onderling verschillen, maar zijn altijd herkenbaar aan de blokjes die als verbindingsstukjes dienen tussen de verschillende onderdelen. En aan het zwierig gebogen uiteinde van de brugleuning met bolvormige knop.

Poppenleuning op de Sint Jeroensbrug, 2023. Foto: Erfgoed Leiden en Omstreken.

Poppenleuning met zwierig gebogen uiteinde op de Sint Jeroensbrug, 2023. Foto: Erfgoed Leiden en Omstreken.

Onderzoek in de stadsarchieven
Het ‘staalstralen’ (zandstralen met staalgrid) van de leuningen in de jaren '80 verwijderde oude verfresten. Het kleuronderzoek bestond daarom vooral uit onderzoek naar bestekken en verfrekeningen uit het stadsarchief van Leiden. Ook vergeleken we de vele schilderijen, tekeningen, prenten en historische foto’s waarop poppenleuningen te zien zijn met elkaar. Dat gaf een goed beeld van de kleurstelling door de tijd heen.

 Jacob Timmermans, Zicht op het Rapenburg met de Sint Jeroensbrug (uitsnede), ca. 1800. Tekening in kleur. Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken, PV_PV6499.7.

Een nieuw type brugleuning
De leuningen van bruggen waren tot in de 17de eeuw gemaakt van hetzelfde materiaal als de bruggen: dichte stenen ‘wangen’ (muurtjes) op de stenen boogbruggen en houten leuningen op de houten bruggen. In de loop van de 17de eeuw verving een nieuw type deze traditionele leuningen: de uit Amsterdam overgewaaide poppenleuning.

Hendrick van den Burch, De Groenmarkt op de Visbrug, met gezicht op de Stille Rijn in Leiden (uitsnede), 1660. Olieverf op paneel. Collectie Museum De Lakenhal, Leiden. De oudst bekende ijzeren leuningen kwamen op de Turfmarktbrug (1616) en de beide zijden van de Visbrug (rond 1652). Pas vanaf 1661-1662 werd in navolging van Amsterdam de zogenaamde poppenleuning standaard; het eerst op de stenen boogbruggen aan o.a. het Rapenburg en Herengracht.

Pek tegen roest
Het materiaal ijzer had één groot nadeel: roest. Het oeroude middel om ijzer tegen roest te beschermen was pek. Een zwartachtig, kleverig en stinkend goedje. Op een onbekend moment verdween het gebruik om te pekken en ging men ijzer zwart verven. Zo ook de ijzeren brugleuningen.

Verfbestekken
In de 18de eeuw ging Leiden het gebruikelijke vijfjaarlijkse onderhoud van bruggen openbaar aanbesteden. De bestekken daarvan (de omschrijvingen van het uit te voeren schilderwerk) vormen een belangrijke bron van kennis over de kleuren die de poppenleuningen kregen. De oudst bewaard gebleven verfbestekken dateren uit 1768 en 1772. Daarin staat dat alle ijzeren brugleuningen, zowel in de binnenstad als die van de stadspoorten, tweemaal in “vette swarte verw” gezet moesten worden. Die “weldrogende” zwarte verf was volgens dezelfde bestekken gemaakt van gekookte olie en “zwart”, ook wel zwartsel genoemd. Dat was een zwart roetpigment van houtskool of andere verbrande resten. Ook al het ijzerwerk aan gebouwen, waaronder tralies, waterpompen, stoep- en poorthekken kreeg die kleur. Eigentijdse afbeeldingen bevestigen dit kleurbeeld van de poppenleuningen. Dat bleef onveranderd tot in de 19de eeuw.

Johannes Janson, Gezicht op de Witte Poort te Leiden (uitsnede), 1781. Olieverf op paneel. Collectie Museum De Lakenhal, Leiden.

Carel Lodewijk Hansen, Het Rapenburg in Leiden, 1807 (uitsnede). Olieverf op doek. Rijksmuseum, Amsterdam.

Johan Martinus Anthon Rienke, De Vlietbrug (uitsnede), 1891. Tekening in kleur. Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken, PV_PV3663.2.

Van zwart naar wit
Rond 1860 was er een korte periode waarin de bruggen bij de stadspoorten (lood)witte leuningen hadden. Een goed voorbeeld van de kleurwijzigingen is de Zijlpoort. Volgens de oudste prenten en bestekken waren de brugleuningen zwart. Rond 1860 werden de poppenleuningen (enkel) bij de stadspoorten (crème)wit-achtig. Om vervolgens toch weer een donkere tint te krijgen tot circa 1938-1940.

Paulus Constantijn la Fargue, de Zijlpoort, 1770. Tekening in kleur. Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken, PV_PV3289.9. De brug heeft hier zwart geschilderde poppenleuningen.

De Zijlpoort met witte poppenleuningen, ca. 1860. Foto: Adolphe Braun. Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken, PV_PV3282.19

De Zijlpoortsbrug met donkere leuningen, ca. 1905. Foto: W. Massink Az. Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken.

In de loop van de 19de eeuw kwam het in de mode om bruggen en brugleuningen in twee verschillende tinten te schilderen, waarschijnlijk beide een soort groenig grijs. Dat gebeurde niet alleen bij de nieuwe ijzeren bruggen die er vanaf ongeveer 1860 bij kwamen. Ook de traditionele poppenleuningen gingen mee in die mode. De lichte tint kwam op de horizontale staven en de donkere tint op de 'poppen'… of net andersom; dat verschilde nog wel eens.

Gezicht op de Nieuwsteegbrug richting het Steenschuur (uitsnede), ca. 1900. Prentbriefkaart uitgegeven door J.N. Geijer. Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken, PV_PVPBK0706. De leuningen zijn in twee tinten geschilderd.

Pas vanaf de jaren '20 en '30 werden meer en meer Leidse poppenleuningen wit geschilderd. Mogelijk vanwege het toenemende autoverkeer. Een officiële maximumsnelheid in de bebouwde kom bestond tot 1954 nog niet. Bovendien ontbrak het aan betrouwbare straatverlichting. Tot in de jaren 1930 werd na twaalven de helft van de (vooral nog) gasgestookte straatverlichting centraal uitgeschakeld. Haperingen in het systeem zorgden regelmatig voor onverlichte straten. Witte leuningen zie je in een pikdonkere nacht beter dan zwarte.

Titaanwit
Rond 1922 kwam titaanwit in Nederland als verfstof op de markt. Dat was behalve feller wit ook veel beter dekkend en kleurechter dan het traditionele loodwit of zinkwit. Ook hechtte het beter op de ondergrond. Het stond in die tijd te boek als niet-giftig alternatief voor loodwit. Daarmee werd witte verf pas echt een goede en goedkope optie voor bruggenonderhoud. Tegen 1960-65 was de verwitting van de poppenleuningen in de stad waarschijnlijk compleet. 

Willem Johannes Kret, Gezicht op het Rapenburg met witte poppenleuningen op de Nonnenbrug en op de kade (uitsnede), 1929. Glasnegatief. Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken, PV_GN000838.

Herstel historische kleuren
De Gemeente Leiden streeft er naar om historische kleuren terug te brengen in het stadsbeeld. Niet alleen op gevels, maar ook op bruggen. Daarom liet Erfgoed Leiden en Omstreken eerder al onderzoeken wat de oorspronkelijke kleuren zijn geweest van de Leidse bruggen. Nu zullen ook de poppenleuningen hun oorspronkelijke kleur terug krijgen. Bij een klein groepje 19de-eeuwse ijzeren bruggen waarvan de traditionele poppenleuningen echt deel uitmaken van het negentiende-eeuwse brugontwerp, zullen de poppenleuningen niet een zwarte kleur, maar de 19de-eeuwse groen-grijze tinten krijgen. Dit zal bijvoorbeeld gebeuren bij de Kerkpleinbrug.

Verschillende Leidse bruggen hebben de afgelopen jaren al een meer historische kleurstelling gekregen, zoals bijvoorbeeld de 19de-eeuwse Vreewijkbrug. Deze brug heeft geen poppenleuningen. Foto: Erfgoed Leiden en Omstreken, 2018.

De Vreewijkbrug (uitsnede), begin 20ste eeuw. Glasnegatief. Collectie Erfgoed Leiden en Omstreken, PV_GN004255. De brug is duidelijk in twee of meer kleuren geschilderd. In het bestek uit 1900 wordt over het verfwerk gezegd: “...tweemaal overschilderen in op te geven kleuren, met biezen en panelen afgezet.”

Vondst van de Week
Vondst van de week (#VVDW) is een rubriek van de erfgoedexperts van Erfgoed Leiden en Omstreken. Zij doen daarin verslag van opmerkelijke vondsten en ervaringen. Via deze websiteTwitterInstagram en Facebook houden zij jou op de hoogte.

Inger Groeneveld
5 oktober 2023

(update 14 december 2023)

Bronnen:
-Rapport Leidse bruggen bekennen kleur. Erfgoed Leiden en Omstreken 2018?
-P.J.M. de Baar en L. Barendregt, Bruggenboek Leiden, Leiden 1983
-Leidsch Dagblad, 29 september 1983, p. 4

kaart