Erfgoed Leiden en omstreken

Info

#VVDW: ‘Nieuwbouw’ in 1606

De vondst van deze week is een vroeg 17de-eeuws huis aan de Haarlemmerstraat. Door het combineren van gegevens uit het archief en bouwhistorisch onderzoek ontdek je meer in het verleden. Deze keer een gewoon pandje aan de Haarlemmerstraat, waar je bij het winkelen aan voorbijgaat. Lees het boeiende verhaal van handelende en bouwende ondernemers in de vroege 17de eeuw.

 



Haarlemmerstraat 56, op de hoek met de Sionsteeg is een ogenschijnlijk onopvallend gebouw. Dit rijksmonument is echter een van de weinige lage panden aan de Haarlemmerstraat van slechts een begane grond en daarboven een kap. Het vermoeden was dat dit huis uit de middeleeuwen dateerde. In latere eeuwen is in deze straat allemaal hogere bebouwing ontstaan. Toen een plan binnenkwam om het gebouw te moderniseringen besloten de bouwhistorici van Erfgoed Leiden en Omstreken tot bouwhistorisch onderzoek.

Eikenhout in kapconstructie uit 1603
Bij het weghalen van latere wand- en plafondafwerkingen van het pand kwam al snel zijn originele constructie te voorschijn. Boven de begane grond ligt een zogenaamde samengestelde balklaag, met moer- en kinderbalken. De kapconstructie bestaat uit eikenhouten spanten. Dendrochronologisch onderzoek (een dateringsmethode op basis van jaarringen) wijst uit dat het eikenhout gekapt is in het voorjaar of de zomer van 1603, in de regio Emsland (Duitsland). Verder werd op basis van de bouwsporen binnen de indeling van de begane grond gereconstrueerd. Deze bestond uit een voorruimte, een zijruimte en een wat smallere achterruimte. Alleen de achterruimte was verwarmd door middel van een grote schouw tegen de achtergevel. Naast de schouw gaf een deur toegang tot het achtererf.

De Kapconstructie van het nieuwe huis van Barent Adolfsz Tacquiet uit 1606

Een verkennend kleuronderzoek toonde in alle ruimtes een lichtrode kleurafwerking op het plafond. Opmerkelijk was dat het huis geen rechthoekige plattegrond had, maar achter iets insprong. Uit de archieven blijkt waarom deze hap uit het huis was genomen.

Nok van het dak uit 1606

Verkoopakte uit 1605
Uit het archiefonderzoek blijkt dat in 1604 de erfgenamen van de slotenmaker Huych Cornelisz het perceel verkopen aan Simon Adriaansz Cruytpenning, de buurman rechts (Haarlemmerstraat 58).  Deze verkoopt het huys ende erv op 7 december 1605 door aan Barent Adolfsz Tacquiet, wielmaker en de ongehuwde Cornelia Dircksdr.  Uit een later testament valt op te maken dat Cornelia Dircksdr de zuster is van Maritgen, de vrouw van Barent Adolfsz Tacquiet. Mogelijk koopt Barent het huis en erf voor zijn ongehuwde schoonzuster.

Gezamenlijke muur met buren
In de verkoopakte van 1605 zijn allerlei bepalingen opgenomen die interessante informatie leveren over het erf en de bebouwing.  Zo bedingt buurman Simon Adriaansz Cruytpenning dat als het huis wordt vernieuwd (blijkbaar was het zo oud of in slechte staat dat dit werd verwacht) de kopers gebruik mogen maken van zijn gevel als gemene muur mits deze meebetaalt aan het onderhoud ervan.  Het voordeel voor de koper was dan dat deze bij nieuwbouw de uiteinden van de nieuwe vloerbalken en de bijhorende ankers in deze muur kon plaatsen. Als de huizen even hoog worden moeten de kopers op de gezamenlijke muur, op hun kosten, een goede loden goot moeten leggen. Blijft het huis lager, dan moet de goot in hun nieuwe dak worden gemaakt.

Vrijhouden keukenraam
Bij het onderzoek op locatie is vastgesteld dat deze bepalingen zijn opgevolgd bij de uitgevoerde nieuwbouw. De nieuwe balken zijn aangebracht in de muur van de buurman en de goot ligt lager en in het eigen dak. Er is dus niet voor gekozen om bij de vernieuwing tegelijk het huis te verhogen. Bijzonder is de uitdrukkelijke voorwaarde dat bij nieuwbouw het raam in de keuken van de verkoper vrij gehouden moet worden. Deze voorwaarde blijkt de verklaring voor de inspringing in de plattegrond van Haarlemmerstraat 56.

Harddak-subsidie
In de archieven van de harddaksubsidies die door de stad worden uitgekeerd komt Barent Adolffsz ook voor. Hij ontvangt in 1606 een bijdrage voor het vervangen van zijn rieten dak door een brandveiliger pannendak. Deze bijdrage zal voor hem een stimulans zijn geweest om het hele huis te vernieuwen.

Door de combinatie van gegevens uit archieven en bouwhistorisch onderzoek komt plotseling het verleden tot leven. Hierdoor blijkt dat in een gewoon pandje aan de Haarlemmerstraat, waar je bij het winkelen aan voorbijgaat, een boeiend verhaal van handelende en bouwende ondernemers in de vroege 17de eeuw schuilgaat.

Edwin Orsel

Vondst van de week (#VVDW) is een rubriek van de erfgoedexperts van Erfgoed Leiden en Omstreken. Zij doen daarin verslag van opmerkelijke vondsten en ervaringen. Via deze site, twitter en facebook houden zij u op de hoogte.

Bronnen:
De archiefgegevens zijn voornamelijk verzameld door Jan Dröge.
ELO, RA, inv.nr. 67, Waarboek 2F, fol. 323v [scan 0325] en ELO, Bonboeken: Zevende Register, fol. 452-663, bon Overmare-Landzijde., archiefnummer 501A, ~Stukken betreffende afzonderlijke onderwerpen;
Registratie van onroerend goed 1585-1816 (1819), inventarisnummer 6627, blad 478v.
 

kaart