Erfgoed Leiden en omstreken

Info

#VVDW: Variaties op een muizenvalportiek

Een diep en grillig gevormd portiek met rijkverlichte etalages; bedoeld om zoveel mogelijk koopwaar van buitenaf te kunnen bewonderen. Én om zoveel mogelijk klanten naar binnen te lokken. Breestraat 122-124 kreeg in 1933 zo’n ‘muizenvalportiek’, ontworpen op basis van de zogenaamde Muizenvaltheorie. Uit oude vergunningstekeningen blijkt bovendien dat de architect verschillende varianten bedacht, voordat hij tot dit spannende ontwerp kwam.

Breestraat 122-124 kreeg de nieuwe winkelpui in 1933 naar een ontwerp van architect Jan Stigter in opdracht van de eigenaar, de familie Zürloh. De gebruiker van de winkel was in die tijd de firma C. Fortmann, een winkel in huishoudelijke artikelen. Later is deze pui weer verbouwd en verdween de bijzondere muizenvalportiek uit het straatbeeld.

 Afbeelding 1: Vergunningstekening van de bestaande toestand in 1932. Boven het aanzicht van de gevel, onder de plattegrond van de pui met links een diepe en rechts een ondiepe portiek. Vergunningenarchief Gemeente Leiden, BV 1060

Varianten
De vergunningstekeningen van de jaren 30-pui laten verschillende varianten zien. Afbeelding 1 toont de situatie van voor de verbouwing met een pui uit het begin van de twintigste eeuw. Links zit een diepe portiek, rechts een ondiepe met winkeltoegang. Het eerste ontwerp van Stigter voor de nieuwe pui uit 1933 heeft in het midden een enorme portiek met aan weerszijden etalages die achterin de portiek smaller worden (afb. 2).

 Afbeelding 2: Vergunningstekening van de nieuwe toestand uit november 1932, het eerste voorstel van architect Jan Stigter. Boven het aanzicht van de pui met bovenlichten, onder de plattegrond van de pui met een diepe portiek gelegen tussen twee etalages. Vergunningenarchief Gemeente Leiden, BV 1060, 30-11-1932

Stigters tweede ontwerp schetst een asymmetrische opzet met een vrijstaande etalage op de hoek (afb. 3). Dit ontwerp sluit totaal niet aan op de boven de pui gelegen gevel; de linker zijgevel wordt zelfs grotendeels verwijderd.

 Afbeelding 3: Vergunningstekening van de nieuwe toestand uit december 1932, het tweede voorstel van architect Jan Stigter. Boven het aanzicht van de gevel, onder de plattergond van de pui met een aan twee kanten toegankelijke portiek en drie etelageblokken. Vergunningenarchief Gemeente Leiden, BV 1060, 10-12-1932

Het derde ontwerp is in iets gewijzigde vorm daadwerkelijk uitgevoerd (afb. 4). In deze versie bleef een groter deel van de zijgevel intact en kreeg de ruime portiek een asymmetrische indeling. De pui van dit ontwerp is eenvoudiger en heeft geen bovenlichten. Een foto uit 1964 toont dit ontwerp, mét een eilandvitrine op pootjes, waar omheen kon worden gelopen (afb. 5). Deze vitrine staat niet ingetekend op het ontwerp, mogelijk is het een latere toevoeging. Afbeelding 6 toont een 3d-weergave van de in 1933 uitgevoerde pui.  

 Afbeelding 4: Vergunningstekening van de nieuwe toestand uit januari 1933, het derde voorstel van architect Jan Stigter. Dit ontwerp is in iets gewijzigde vorm uitgevoerd (zie afb. 5 en 6). Vergunningenarchief Gemeente Leiden, BV 1060, 17-01-1933

  Afbeelding 5: De winkelpui van Breestraat 122-124 in 1964. Beeldbank Erfgoed Leiden, KFO20070292, 1964

 

 Afbeelding 6: 3-d reconstructie van de winkelpui van Breestraat 122-124 uit 1933, zonder de vitrinekast die te zien is op de foto uit 1964 (afb. 5)

Muizenval
Al deze winkelpuiontwerpen voor Breestraat 122-124 geven goed inzicht in het gebruik van winkelpuien in de jaren 30. Het aandacht vragen voor de geëtaleerde koopwaar werd bij dergelijke ontwerpen belangrijker dan het verfraaien van de winkelpui zelf. Dit paste bij het functionalisme, een nieuwe stroming in de architectuur. Hierbij was de gebruiksfunctie van een gebouw bepalend voor de vorm. Bij een winkelpui gaat het om het verleiden van potentiële kopers. Een diepe en grillig gevormde portiek creëerde veel etalageoppervlak én lokte de klant langs die etalages bijna ongemerkt naar binnen; als een muis naar een stukje kaas in een muizenval. Een mooi voorbeeld van een intacte muizenvalportiek vinden we nog in Breestraat 175.

Verbouwing
Bij een verbouwing in 1970 verdween de portiek van Breestraat 122-124. Delen van de buitenste etalages bleven intact. Later kreeg het pand een volledig nieuwe, vlakke pui. De huidige pui dateert uit 2015 en is geïnspireerd op de situatie voor het ontwerp van Stigter, waarin de pui beter aansluit op de bovengelegen gevel.  

Spiegelglas
De muizenvalportiek van Breestraat 122-124 leidde de klant binnen in de zaak van C. Fortmann. Hij verkocht porselein, kristal en huishoudelijke artikelen. In een krantenartikel over de opening in 1933 wordt de nieuwe winkel besproken: “Vooral bij avond trekt deze zaak door de zee van licht, welke door de breede spiegelruiten naar buiten valt, reeds van verre de aandacht.” Spiegelglas was een uitvinding uit het eind van de 19de eeuw. Hiermee konden grotere ruiten worden gemaakt. Dit type glas werd uitgegoten over een metalen plaat met opstaande randen. In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden, was het bij etalages van spiegelglas de bedoeling de ruiten zo doorzichtig mogelijk te maken. Zo kwam de koopwaar nog beter in het zicht.

Architect Stigter
De muizenvalportiek van Breestraat 122-124 werd ontworpen door de Leidse architect Jan Stigter (1901-1974). Over hem is niet veel informatie beschikbaar. Bekend is dat hij ten minste van 1929 tot 1948 aan verschillende projecten werkte. De meeste hiervan in Leiden, waaronder de nieuwbouw van Breestraat 23 uit 1930, het dubbele winkelwoonhuis op de hoek van de Maresingel en de Haarlemmerweg uit 1934, het winkelwoonhuis aan de Breestraat 114c uit 1936 en de werkplaatsen met drie bovenwoningen aan de Hoge Rijndijk 96 (tegenwoordig nummer 94) uit 1938. Ook ontwierp Stigter in de jaren 30 eenvoudige arbeiderswoningen aan de Munnikenstraat (nrs. 80-94 en 85-97), de Van Galenstraat (nrs. 1-3 en 2-24) en de Trompstraat (nrs 44-62). Naast Leiden behoorde ook Hazerswoude, Voorschoten en Leiderdorp tot zijn werkterrein.

Zürloh
Stigter maakte zijn pui-ontwerp in  opdracht van de familie Zürloh, eigenaar van Breestraat 122-124. De Leidse modefirma Zürloh verkocht met name luxe dameskleding maar ook artikelen als stoffen en tapijten. Joseph Herman Zürloh (1864-1929) richtte het bedrijf in 1891 op aan Botermarkt 16. Na het overlijden van Zürloh in 1929 nam zijn zoon L.J.H. Zürloh de leiding van het bedrijf op zich. De familie Zürloh had naast de modeketen verschillende panden in bezit, deze werden aan andere bedrijven verhuurd. Zo was ook het geval bij Breestraat 122-124.

Vondst van de week
Vondst van de week (#VVDW) is een rubriek van de erfgoedexperts van Erfgoed Leiden en Omstreken. Zij doen daarin verslag van opmerkelijke vondsten en ervaringen. Via deze site, twitter en facebook houden zij u op de hoogte.

Cas Nagtzaam

 

Zie ook: Pieter Meijers, Leiden in de etalage. Historische winkelpuien in de binnenstad, Leiden 2010, p.48

kaart