Erfgoed Leiden en omstreken

Info

Verhaal: Helena Baaten en de eerste steen in het pand Sint Jorissteeg 7

  • Genealogie
  • Leiden
  • Geschiedenis 1801-1900
  • Geschiedenis 1901-1950
  • Gebouwen

Eerste steen St. Jorissteeg 7 - 22 april of juni 1879

In het pandje St. Jorissteeg 7 zit een eenvoudige eerste steen met de tekst: ‘De eerste steen gelegd door Helena Baaten 18 22/6 79.’ Het cijfer van de maand is niet goed leesbaar, maar lijkt het meest op een 6, al kun je er zelfs 4/4 in lezen. Het is geen natuursteen, maar de letters zijn in een vierkant stuk cement gekrast en langs de randen zit een imitatie van frijnslag (dwarsstreepjes, tegen afbrokkelen en als sierrand) die zeer onregelmatig is; aan de bovenzijde is die enigszins ingedrukt. En natuurlijk wil de Commissie Geveltekens dan alles van Helena Baaten en dat pandje weten.

...
St. Jorissteeg 7 - GT_2024

Op 26 juli 1842 verkocht Hermina Ophoff het pand Wijk 3 nr. 634 (na 1871 St. Jorissteeg 7) aan Johannes Eijkerman, een smid. Die hield het nog geen jaar in eigendom, maar verkocht het op 6 maart 1843 ten overstaan van notaris Wijnstroom aan Leonardus Baaten, die al in die steeg woonde (NNA inv.nr. 618 akte 36). Het wordt omschreven als kadastraal Sectie D nr. 502, groot 33 vierkante ellen (later vierkante meter of centiare genoemd). Hij was een winkelier, die op het adres St. Jorissteeg 8 (dus aan de overzijde van de steeg) woonde; wellicht kocht hij nr. 7 om te dienen als pakhuisje voor zijn winkel, die (in ieder geval later) gevestigd was in Hogewoerd 31, dus om de hoek. Leonardus was getrouwd met Helena Kums en hun drie belangrijkste kinderen waren Margaretha Maria, Theodorus Hermanus (geb. 6-2-1844) en Jacobus Hendricus (6-8-1845). Beide jongens woonden een tijd in Oudenbosch, vermoedelijk in een kostschool. Wellicht omdat zijn oudere zus naar Haarlem vertrok, voegde Jacobus Hendricus zich bij haar en bleef in Haarlem een zaak in confectiekleding drijven. Toen Leonardus op 15 maart 1870 overleed, kwam daarmee de weg vrij voor Theodorus Hermanus, al werd Helena Kums ook als winkelierster vermeld; zij zou pas op 27 september 1906 in Leiden overlijden. Op 24 juli 1872 trouwde Theodorus H. met Maria Johanna Schüller, geboren 17 januari 1848 in Utrecht. Hij wordt vermeld als manufacturier, dus handelde wel in stoffen en mogelijk ook confectie. Als zijn woonadres worden diverse nummers in de St. Jorissteeg vermeld, zoals 8, 10 en 16 (of 16A). Naast het gezin woonde er vaak een reeks inwonende bedienden of winkeljuffrouwen, allemaal katholiek, zoals bij een roomse familie paste.

Uit het huwelijk werden vijf kinderen geboren: Helena Jacoba, op 2 juni 1873, Johanna Maria Hendrica, 5 december 1874, de jonggestorven Margaretha Petronella Maria en Maria Arnolda Gerarda, en een nieuwe Margaretha P.M. op 27 november 1881. Het zal duidelijk zijn dat de oudste dochter, wel met de roepnaam Helena, in 1879 de eerste steen legde; zij was toen zo’n 6 jaar oud. Op 1 februari 1897 verhuisde zij naar Haarlem, omdat zij op 14 juli 1896 in Leiden getrouwd was met Jacobus Johannes Holt, winkelier in Haarlem. Een paar van haar daar geboren zonen zouden later met Leidse vrouwen trouwen. Margaretha P.M. trouwde in 1905 met Henri Marie Pierrot, horlogemaker en stichter van de bekende nog bestaande zaak van luxe artikelen in de Maarsmansteeg. Th.H. Baaten verhuisde toen hij op leeftijd gekomen was in 1909 naar Breestraat 129, waar hij op 31 januari 1914 overleed; zijn weduwe M.J. Schüller leefde nog tot 18 maart 1929.

Het pand St. Jorissteeg 7 bleef haar eigendom tot het na haar dood door de kinderen verkocht werd aan Cornelis Christiaanse, drogist, sinds 1923 wonend Hogewoerd 33. Hij kon het pakhuisje bereiken vanuit zijn tuin, zodat het zinvol was dat hij dit kocht. Later werd het zelfs ingericht als winkel. Het werd, nadat de drogisterij gestopt was, geërfd door zijn zoon drs. Cornelis Hendrik Vedder Christiaanse, inspecteur bij de PTT. In het Leids Jaarboekje 1996 publiceerde hij (p. 166-170) ‘Een bijzondere gaper. De eerste elektrische lichtreclame in Leiden?’, waarin hij kort de geschiedenis van de drogisterij verhaalde. Daarin wordt St. Jorissteeg 7 niet genoemd, maar het eerste steentje is nog steeds een zichtbaar bewijs van de activiteiten van de familie Baaten.

Link naar het pand rond 1960 (linker zijde op de foto). De panden rechts zijn afgebroken in verband met de aanleg van de cityring. Bron HVOL

13b20f76-26bd-11e3-bd7b-3cd92befe4f8
Het pand St. Jorissteeg 7 in 1970 - bron ELO


Dit verhaal is opgesteld door de commissie Geveltekens van de Historische Vereniging Oud Leiden, auteur P. de Baar. Zie verder ons colofon
kaart