Erfgoed Leiden en omstreken

Info

Verhaal: Het boeide niet altijd

  • Leiden
  • Geschiedenis 1951- heden

Interview met de heer H. (Hans) van Klinken, 10 januari 2023

De heer Hans van Klinken werd in 1953 in de Vrouwensteeg in Leiden geboren; in de achterkamer van het huis boven de kroeg, rechtstreeks in de handen van zijn grootmoeder van moeders kant, die al haar kleinkinderen ter wereld hielp.
Vader was vertegenwoordiger in zoetwaren. Hij reed op een motor naar klanten, soms met kranten onder zijn kleding tegen de kou. Later stapte hij over naar een bedrijf dat vee en vleesproducten verhandelde. Het betekende een beter salaris en een auto, een Kever. Daarnaast kreeg vader geregeld een vleespakket met producten die onverkoopbaar waren, bijvoorbeeld door hun ongelijke vorm. Het gezin smulde ervan. Alleen de stukken rundvet vielen niet in de smaak bij moeder. Ze bracht ze af en toe naar de Karmelietessen in het toenmalige klooster aan de Oude Vest. “Dat werd dan in heel veel dank aangenomen. Of ze het gebruikt hebben, dat weet ik niet, dat is nog maar de vraag.”


Vrouwensteeg in 1959 naast Soc. Minerva

Winkels waren er genoeg in de omgeving; de Haarlemmerstraat was immers vlakbij. Maar er kwamen ook nogal wat verkopers aan de deur: de bakker, en de melkboer die losse melk verkocht, die door moeder meteen gekookt werd, want een koelkast was er niet. Ook de schillenboer kwam langs met paardenwagen om groenteafval op te halen. Hans aaide dan het paard, een sullig beestje. Als de kolenboer kwam om de zakken kolen naar de zolder te sjouwen, legde moeder kranten op de trap tegen de zwarte voetstappen.
Hans en zijn zes jaar oudere zus waren vaak bij opa en oma van vaders kant. Die hadden een aardappelhandel. De aardappelen werden aanvankelijk vanuit de voorkamer verkocht; de voorraad, in bergen van twee meter hoog, lag in de achterkamer. Hans vond het spannend om daar samen met een neefje bovenop te klimmen.

Geen behoefte
Zijn tijd op de kleuterschool heeft niet lang geduurd. “Daar vond ik helemaal niks aan. Nou, ik had er niks mee. Ik zat liever thuis te rommelen.” Moeder vond het uiteindelijk goed dat hij thuisbleef.
Aan de lagere school op de Aalmarkt viel niet te ontsnappen. Hans deed tweemaal over de tweede klas en juist daar had hij een onderwijzeres met weinig gevoel voor de kinderziel. Dat ze hem dwong een gekoesterd klein bezit in de prullenbak te gooien, heeft hij nooit kunnen vergeten. De hele klas was geschokt. Ook in de hogere klassen was de sfeer niet prettig.
Vriendjes had Hans weinig. Geen behoefte aan. Hij speelde alleen graag met zijn neefje op de Hogewoerd, waar hij als klein jongetje al op de step naartoe reed.
3 Oktober dan? De kermis, optocht, vuurwerk? Nee, ook geen behoefte aan. Het kon hem allemaal niet boeien.


Aalmarktschool in 1966

Aan het eind van de lagere school kreeg Hans een mulo-advies. Zijn ouders kozen de school aan de Van der Brandelerkade. Het eerste jaar was tamelijk rampzalig. “Leraren die werden gepest, dat soort gedonder. Ik werd er gepest.” In de volgende jaren ging het een stuk beter en kreeg hij er vrienden, ook zijn eerste vriendinnetje. De verkering bleef drie jaar in stand.

Dure gitaar
De Lutherse kerk op de Hooglandse Kerkgracht had een theezolder, een ontmoetingsplek voor jongeren die nog geen alcohol mochten drinken. Later was er het LVC (Leids Vrijetijds Centrum). Daar traden bands op als Earth Wind and Fire en Golden Earring. Muziek trok Hans. Op zijn vijftiende kocht hij een gitaar, voor 206 gulden, een enorm bedrag. Hij leerde zichzelf spelen en ten slotte trad hij een paar maal op met twee vrienden die ook gitaar speelden. De eerste keer was bij een schoolfeest van het Agnes op een podium “waar wij alle drie uit elkaar vielen van de zenuwen natuurlijk.” Erg professioneel klonk het niet, maar dat deed er niet toe. “Er waren wel miljoenen schreeuwende kinderen, die helemaal niet naar het podium keken.”


De heer H. van Klinken met zijn gitaar

Op de mulo moest Hans een paar maal een klas overdoen, maar toch stapte hij over naar de havo op de Burggravenlaan, destijds het Rembrandt Lyceum. Hij kreeg er een grote vriendenkring en vond het jammer toen de twee jaren daar voorbij waren. Hij wilde graag verder naar het vwo, maar miste daarvoor de benodigde wiskunde. Dus koos hij ervoor om naar de avondschool te gaan en overdag te werken.

Stadsarchitectuur
Aan trouwen is de heer Van Klinken nooit toegekomen. Er waren wel relaties, maar het gezinsleven trok hem niet.
Een belangstelling waar hij veel tijd in investeerde, is de stadsarchitectuur. Hij was lid van verschillende commissies van de Historische Vereniging Oud Leiden en betreurt het dat er markante gebouwen worden afgebroken. Zelf woont hij in een gemeentelijk monument aan de Lange Mare. Of de Mare weer open gegraven moet worden? Als het moet, dan moet het. Maar de kosten zullen bijna niet op te brengen zijn.

Zijn oude gitaar heeft de heer Van Klinken nog regelmatig in zijn handen. Hij neemt zijn spel wel eens op. Het resultaat na 60 jaar oefenen mag er dan ook zijn.

De geluidsopname van het interview is hier te beluisteren.

Een volledige transcriptie van het interview is hier te vinden.

Een bijlage met foto's is hier te bekijken.

Interview door de commissie De Stem van Leiden, die onderdeel is van de Historische Vereniging Oud Leiden en samenwerkt met Erfgoed Leiden en Omstreken en de Opleiding Geschiedenis van de Universiteit Leiden.

Reacties op dit verhaal kunt u sturen naar destemvanleiden@oudleiden.nl

Meer verhalen van De Stem Van Leiden vindt u in de INDEX.
kaart